
Een gewaarschuwd mens…
Van mijn vader heb ik geleerd dat je bij het kamperen altijd van alles een reserve bij je moet hebben. We hadden in de caravan dan ook altijd een extra gaslamp met kousjes, zaklampen en een extra campinggasbrander (ook handig voor buiten).
Zulke spullen komen in je Westy natuurlijk ook van pas, maar zeker voor oudere busjes moet je eigenlijk steviger maatregelen treffen. Laten we er geen doekjes om winden: de kans is aanwezig dat het busje op reis de geest geeft, en niet zo makkelijk onderweg gerepareerd kan worden.
Als student heb ik jarenlang als zomerkracht op één van de grote alarmcentrales gewerkt, en het viel me altijd op hoe totaal ontredderd veel mensen waren als ze hun reis niet op de geplande manier konden voortzetten, of bijvoorbeeld alleen maar een weekend in een saai dorp langs de snelweg moesten wachten tot de garage weer openging.
Mijn voorbereiding op pech onderweg bestaat dan ook uit de volgende, redelijk eenvoudige onderdelen:
Abonnement op een hulpdienst, met buitenland- en camperuitbreiding
Een uitgebreid ANWB-, Europassistance- of RouteMobielcontract, met hulpverlening voor campers in het buitenland, inclusief repatriëring. Ik heb zelf goede ervaringen met de ANWB. Officieel mogen de kosten van de repatriëring de dagwaarde van het voertuig namelijk niet te boven gaan, maar als je na terugkomst kunt bewijzen (door het busje bij een ANWB-technostation voor te rijden) dat je de auto hebt laten repareren, wordt de repatriëring toch vergoed. Nodeloos te vermelden dat zo’n repatriëring op eigen kosten behoorlijk in de papieren zou lopen.
Mentale voorbereiding van je reisgenoten
Leg uit dat er met dit soort oude auto’s altijd kans op pech bestaat, en dat er dus vertraging kan ontstaan. Inclusief uren in een geel hesje langs de snelweg staan, gemiste veerboten, een weekend wachten in een niet altijd even pittoresk dorpje tot de garage opengaat, en het niet halen van de eindbestemming. Als de reis goed verloopt zal iedereen je extra dankbaar zijn, en als het alsnog misgaat heb je ze in ieder geval gewaarschuwd…
Bedenk van te voren een Plan B
Het Plan B is wat jullie gaan doen als het busje kapotgaat en gerepatrieerd moet worden. Vaak krijg je van je hulpdienst vervangend vervoer aangeboden, maar meestal is dat een personenauto of -busje (al heb je volgens de voorwaarden recht op een vervangende camper, dan zijn die in het hoogseizoen vaak allemaal al verhuurd). Bedenk hoe jullie verder zouden reizen als je alles in een personenauto moet overpakken.

Mijn Plan B: verder kamperen!
Mijn Plan B is eigenlijk altijd verder kamperen met een tent. Slaapzakken heb ik al bij me, potten en pannen kun je overladen, extra campinggas-brander heb ik (met dank aan m’n vader!) ook. Soms hebben we ook al Thermarest-matjes bij ons, om het slaapcomfort van het harde Westfaliabed te verbeteren. Die kunnen ook zo de tent in. Een redelijk essentieel onderdeel van dit plan is natuurlijk de tent zelf, maar die zou teveel ruimte innemen. Die kun je onderweg kopen, en je kunt hem soms ook van je reisverzekering lostroggelen: als je aan de alarmcentrale uitlegt dat je afziet van hotelovernachtingen en de huurcamper (waar je volgens de voorwaarden recht op hebt maar die zij vaak niet kunnen aanbieden), dan valt er wel te praten over vergoeding van een tent die je onderweg bij bijvoorbeeld een Hypermarché aanschaft.

Maak van de nood een deugd door (natuur-)campings te zoeken waar je met de camper niet kunt komen, zoals op deze prachtige mini-camping in de Pyreneeën. O ja, en als kamperen met de tent je nou echt niets lijkt: weet je dan wel zeker dat je een Westy wilt?
Netjes evacueren: neem reistassen mee!

Het is ook handig om wat sport- of reistassen opgevouwen mee te nemen, zodat je, als je het busje onverhoopt ergens achter moet laten, niet alles in plastic boodschappentassen in de trein of taxi mee hoeft te nemen. Ik vind reistassen handiger dan rugzakken, omdat ze opgevouwen veel minder plaats innemen. Goedkoper plan C: de beroemde blauwe zakken van IKEA. Kan enorm veel in, vouwen heel klein op, en je kunt ze in ieder geval min of meer dichtknopen.